Na de zelfmoord van de Russische asielzoeker Aleksandr Dolmatov in 2013, in Rotterdam, beloofde toenmalig staatssecretaris Fred Teeven van Justitie het aantal isolaties van vreemdelingen in detentiecentra terug te dringen. Hoewel dat in absolute aantallen is gelukt, door de afname van het aantal vreemdelingen in detentiecentra, wordt de omstreden maatregel naar verhouding nog even vaak toegepast.
Iemand zonder de Nederlandse nationaliteit die illegaal in Nederland verblijft kan alleen in detentie geplaatst worden als er zicht is op uitzetting en er een gegrond vermoeden is dat hij of zij zich daaraan zal onttrekken. Het Europees Hof heeft diverse malen gesteld dat vreemdelingenbewaring niet in gevangenissfeer uitgevoerd mag worden, maar in Nederland valt zij onder de penitentiaire wet. Afzondering kan zowel een straf- als een ordemaatregel zijn, die genomen wordt wanneer een vreemdeling zich niet aan de regels houdt. In de psychiatrie wordt isolatie al jaren teruggedrongen. Deskundigen noemen de reflex van detentiecentra om vreemdelingen in isolatie te zetten dan ook zorgwekkend.
SP-Kamerlid Sharon Gesthuizen diende in april een motie in om isolatie in vreemdelingendetentie terug te dringen. Staatssecretaris Dijkhoff van Justitie heeft de motie ontraden. ‘Hij deed er tamelijk blasé over, alsof ik last heb van cijferfetisjisme, omdat het aantal afneemt. Maar isoleren is dusdanig ingrijpend dat iedere keer dat het gebeurt absoluut te veel is.’ Volgens Van Kalmthout wordt ten onrechte verondersteld dat een hard en onaangenaam regime afschrikkend werkt. De helft van de gedetineerde vreemdelingen verlaat Nederland niet. ‘En het harde gevangenisregime roept veel verzet op, in de vorm van woede, hongerstaking en zelfbeschadiging.’ Gesthuizen stelt dat het ‘uiterste redmiddel’-principe van vreemdelingendetentie niet voldoende wordt toegepast. ‘Detentie wordt gebruikt om mensen te prikkelen te vertrekken. Dat mag niet.’
Bron: Trouw