Je kunt lever van kip, lam, varken, rund,.. nu al lekker vinden en daarmee ben je dan echt prima af: lever is erg gezond en relatief voordelig. Het is een bekende bron van eiwitten, vitamines (A, B12 en zelfs C) en mineralen. (Roof)dieren en (oer)mensen zijn er echt dol op en eten de lever van hun prooi/vangst graag eerst; vers, nog warm en rauw. Maar dat is mogelijk niet zo’n goede aanpak voor (geciviliseerde) beginners…
Lust je lever -nog- niet zo graag zijn er wel een paar trucs te verzinnen om eraan te wennen en/of de smaak te verzachten, zodat je het in ieder geval ook eens kunt proberen te eten en je misschien zelfs wel een echte liefhebber ervan wordt:
- eet eens wat goede (boeren) leverworst – op brood – met mosterd
- idem geldt voor paté – chutneys smaken hier vaak goed bij
- laat het snijden in plakken of stukken over aan de slager / poelier
- kalfslever is erg zacht van smaak maar ietwat misdadig (duur)
kippenlever smaakt ook vrij zacht en is er te over (voordelig) - week plakken of stukjes lever voor de bereiding enkele uren in melk of karnemelk
- gebruik er voldoende smaakmakers bij als specerijen, kruiden, uien, sauzen,..
Voorbereiden:
Zorg voor het bakken of grillen als altijd dat het vlees droog is. Dep de (geweekte) lever dus even droog met voldoende keukenpapier.
Dat komt iets minder nauw als je voorafgaand aan het bruin bakken in voldoende olie en/of boter de plakjes of stukjes lever door gekruide bloem haalt.
Kruid je meel in ieder geval naar smaak met wat peper en zout. Denk aan een verhouding van een paar eetlepels bloem met 0,5 tl zout en 0,25 tl grof gemalen peper en klop een teveel aan bloem weer van het vlees af. Specerijen als chili-, mosterd-, paprika, kerrie, enz.. kun je ter afwisseling ook eens mee door je bloem mengen.
Bakken:
Je kunt je droge lever ook prima gewoon zonder een bloemlaagje bakken, probeer gewoon wat je het beste bevalt. Voeg wat peper en zout dan liever na het bakken toe. In beide gevallen is het zaak dat de lever van buiten bruin gebakken is, maar dat je niet te lang bakt, zodat de binnenkant van de plakjes of stukjes nog (licht)roze(rood) blijven. Te gare lever wordt gauw droog, hard en verliest alle sappigheid; dat zou jammer zijn.
Grillen:
Je kunt ook kiezen voor het grillen van de lever in een grillpan of op de barbecue. Zorg dan voor een laagje marinade rondom van olie, peper en zout en wat zuur. Zuur als wat azijn, mosterd, citroensap,.. en specerijen kun je daar weer aan toevoegen naar je eigen smaak.
Klassiek:
Gebakken lever wordt vaak geserveerd met een flinke portie apart, lekker gebakken uien; goed bakken van uien vergt namelijk -veel- meer tijd. Gebakken spek en/of champions worden hier vaak en graag bij gegeven & gegeten én aardappels verwerkt tot puree of friet.
Minder vet:
Gebakken of gegrilde lever op een broodje of in een wrap met gesneden tomaat en rauwe ui en wat (kant en klaar) saus a la een hamburger is ook een prima manier om eens lekker lever te eten. Bij een “gewone” maaltijd met gekookte groenten en aardappels of rijst is gebakken lever (met wat bakjus) ook best.
Nog minder vet:
Lever kan ook worden toegepast in een stoofschotel of worden gaar gemaakt is een soep of saus. Aanbakken is dan niet nodig, wel uitkijken dat je stukjes lever niet droog worden. Tenslotte, wat gemalen of fijngehakte lever meedraaien in gehaktballen of meestoven in bijvoorbeeld een pastasaus valt niet bijzonder op, is zelfs juist wel lekker én gezond.