Door onze redacteur Charles:
Op zaterdag 21 januari stond er een artikel in het AD. Dit betreffende het personeelstekort binnen de forensische psychiatrische klinieken. Momenteel blijf ik binnen FPA de Kijvelanden. Uit eigen ervaring kan ik inderdaad bevestigen dat er een personeelstekort is en dat wij daar zeker last van hebben.
Staren naar het plafond
Wij ondervinden steeds meer last van de telkens wisselende, inzetbare krachten en gecancelde therapieën. Daardoor kunnen we soms niet naar buiten en dat hakt er wel in, omdat je soms dagenlang binnen zit en steeds weer ander of helemaal geen personeel op de afdeling hebt. Dat is ook niet veilig voor de patiënten; ik voel me daardoor vaak niet veilig en zit dan ook steeds meer alleen in mijn kamer. Ik probeer toch iedere dag iets te doen, zoals schilderen. Omdat nu de begeleiding in de recreatieruimte ziek of afwezig is, zit ik alleen in die ruimte en dat is al sinds de feestdagen zo. Deze week sloeg bij mij dan ook de depressie in en kon ik alleen nog maar negatief denken. Ik heb, net als iedereen, wat afleiding nodig en dat kon ik nergens vinden. Doordat ik al die tijd alleen in de recreatieruimte was begon ik mij ineens heel erg somber te voelen, maar ik kon daar met niemand over praten. Ook nog eens van afdeling gewisseld, waardoor ik dus weer opnieuw aan een groep moest wennen. Ik zat er compleet doorheen en zat dus depressief op mijn kamer. Ik zag werkelijk niets meer zitten en kon alleen maar liggen, staren naar het plafond.
Er is momenteel veel spanning in de groep doordat, als ik al schreef, er te weinig aandacht is voor de groep. Alles gaat fout, zoals de bestellingen van de wekelijkse etenswaren, wie er moet koken en als iemand moet koken voor de groep, dan is vaak maar de helft van de benodigde etenswaren aanwezig. Er lopen veel stagiaires, die voor psycholoog studeren en dus nog geen ervaring hebben. Er is naar mijn inzicht te weinig controle op de afdeling, waardoor er binnen van alles te krijgen is, hetgeen er niet hoort te zijn.
Veel respect voor de mensen die hier werken
Nu wil ik niet alleen maar negatieve dingen noemen, maar gewoon aangeven dat mijn depressie door al deze punten ontstaan is. Gelukkig kan ik de draad zelf weer oppakken, bijvoorbeeld door er een artikel over te schrijven. Zo schrijf ik mijn depressie van mij af, omdat er geen echt contact met een behandelaar/psycholoog is. Schrijven is voor mij een vorm van therapie. Naar mijn mening is de uitzichtloze toekomst voor de meesten een probleem. Je wordt niet wekelijks op de hoogte gehouden van de stand van zaken. Nu praat ik over mijn eigen gevoel en uit gesprekken met mijn medebewoners. Ik denk dat ik er niet veel naast zal zitten. Ik heb veel respect voor de mensen die hier werken, want ik begrijp dat ze weinig aan de situatie kunnen veranderen en iedere keer weer moeten aanhoren hoe mensen hun frustratie op hen afreageren. Zij doen ook maar hun werk. Ik ben van mening dat er teveel bezuinigd wordt op goed opgeleid personeel. Vergeet niet dat het merendeel van mijn medebewoners een tbs-achtergrond heeft en dat is voor mij even wennen, omdat ikzelf geen tbs heb, maar een werkstraf die ik tenslotte moet uitzitten.
Verlies van mijn honden
Ik heb nog nooit zolang (vast) gezeten en ben dan ook, mede door het verlies van mijn honden (hier vertel ik in een volgend artikel meer over), in een psychische crisis terechtgekomen. Ik kon dit niet aan in de gevangenis en werd daardoor suïcidaal. Hierdoor zat ik 24 uur per dag in een observatie-cel zonder kleding of tv. De hele dag en nacht en dat 2 weken achterelkaar. Uiteindelijk ben ik naar deze psychiatrische instelling verplaatst en sta ik onder toezicht van de reclassering. Dat is de reden dat ik nog, na mijn straf, in deze instelling moet wachten tot ze een plekje hebben in een begeleid-woontraject. Dat kan nog wel even duren. Tot die tijd moet ik het hier met deze strenge regels zonder enige vrijheden doen. Ik mag gelukkig naar mijn vrijwilligerswerk, maar dat ging met pijn en veel moeite. Begrijp goed dat ik ongestraft maar één dag in de week een paar uur naar dit werk mag. De rest van de tijd moet ik in de kliniek doorbrengen, dat valt dus vies tegen. Met in mijn achterhoofd de wetenschap dat ik eigenlijk mijn straf dubbel en dwars uitgezeten heb en dat het helemaal uit de hand gelopen is. Wat een werkstraf had moeten zijn, werd een halfjaar gevangenis en daarna een psychiatrische kliniek met zwaar gestraften, zoals tbs-patiënten.
In mijn volgende artikel zal ik verder vertellen over het verlies van mijn honden en mijn belevenissen in de TBS