Column: De hoeveelste maand is het?

De hoeveelste maand is hetIk slik antipsychotica. Iedere avond voor het slapen gaan, de laatste acht jaar. De dosering is gedaald, van behoorlijk veel tot de ondergrens, maar ik haal ze nog steeds iedere twee maanden af bij mijn apotheek. De clozapine kan invloed hebben op mijn witte bloedcellen, dus ter controle moet ik ook maandelijks naar het Erasmus ziekenhuis om mijn bloed te laten prikken. “PSY” staat er dan bovenaan mijn prikformulier.

Ik functioneer goed met de medicijnen. Mijn psychiatrisch verleden ligt jaren achter me en is, zover ik weet, niet aan mijn voorkomen te zien. Als ik me met mijn formuliertje bij de prikkamer meld, voel ik me enigszins kwetsbaar. Het is voor niemand prettig om als psychiatrisch patiënt te worden gezien.

Het personeel reageert op verschillende manieren op de informatie op mijn prikformulier.
Meestal word ik vriendelijk en normaal behandeld: Ik neem plaats, er wordt tijdens het prikken gevraagd of ik vandaag moet werken en of ik een pleister of een verbandje wil – en dan kan ik weer gaan.
Het komt ook voor dat assistenten overdreven vriendelijk doen. Of dat er op een andere toon tegen me gesproken wordt. Langzamer, in eenvoudige zinnen.
Het is standaardprocedure dat patiënten hun naam en geboortedatum noemen, zowel bij de balie als in de prikkamer. “De hoeveelste maand is het?” vroeg een blonde mevrouw tijdens mijn laatste bezoek, nadat ik was gaan zitten en mijn naam en geboortedatum had vermeld.
De hoeveelste maand? Ik begreep niet wat ze bedoelde. Ik had associaties met de duur van een zwangerschap. Dit kon ze echter niet bedoelen, aangezien ik een man ben. “Ik kom hier al jaren”, antwoordde ik maar, terwijl ze de naald tevoorschijn haalde. Er volgde nog een kort, stroef gesprekje. Pas toen ik de prikkamer verliet, viel bij mij het spreekwoordelijke kwartje. Ze wilde weten welke maand van het jaar het was. De datum.
Ze zal ongetwijfeld zelf hebben geweten welke maand het was. De vrouw wilde controleren of het goed met me ging, of ik nog bij de tijd was.

Terwijl ik door de gangen van het ziekenhuis liep, voelde ik me zowel stom als beledigd. Ik baalde vooral dat ik het verkeerde beeld van de vrouw bevestigd had.
Ik overwoog even om terug te lopen, om te zeggen dat het september was. De zestiende, en rond tien uur.
Lekker belangrijk wat die mevrouw (van wie ik de naam niet eens ken) van mij denkt, hield ik mezelf voor. Het was een stomme actie. Laat maar gaan.
Iedereen doet weleens iets stoms of raars. Ongeacht of er “PSY” bovenaan je formulier staat.

Permanente koppeling naar dit artikel: https://denk-raam.nl/de-hoeveelste-maand-is-het/

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.