“Met de juist afgesproken aanpak biedt de overheid de budgethouder rust en duidelijkheid en zo stabiel mogelijke jaarovergang 2015-2016. Bij herindicaties moet de budgethouder op tijd weten wat zijn budget is en of hij zijn zorg daarmee kan voortzetten of moet aanpassen.” aldus staatssecretaris van Rijn (VWS).
Concrete afspraken voor budgethouders van wie het overgangsrecht eind dit jaar afloopt:
- Gemeenten informeren voor 1 oktober a.s. al hun budgethouders of hun situatie per 1 januari 2016 kan wijzigen (herbeoordeling of andere tarieven) of dat hun budget voorlopig wordt verlengd.
- Gemeenten zorgen ervoor dat toekenningen tijdig & correct bij SVB worden aangeleverd:
– voor budgethouders met maandlooncontracten is dit uiterlijk 1 oktober a.s.,
– voor budgethouders zonder maandlooncontracten is dit uiterlijk 1 november a.s. - Wil een gemeente niets wijzigen of meer tijd nemen voor een herbeoordeling dan wordt het budget i.i.g. tot 1 mei 2016 verlengd.
- Communicatie naar en ondersteuning van de budgethouder is hierbij belangrijk. Gemeenten en SVB gaan dit in gezamenlijk vormgeven.
- De zorgkantoren sturen alle Wlz budgethouders uiterlijk begin oktober een infobulletin van Zorginstituut Nederland met de PGB-tarieven voor 2016.
Naast genoemde en meer technische afspraken is een verbeterplan (hier) vastgesteld, gericht op het eenvoudiger kunnen voeren van de eigen regie door de budgethouder:
- Bieden van meer mogelijkheden voor de budgethouder en één loket;
- Minder “hoepels” en eenvoudiger voor de budgethouder door werkzaamheden en controles naar de verstrekker te verplaatsen;
- Inzet op standaarden en digitaliseren.
Zonder dat de budgethouder of de zorgverlener de dupe wordt van de problemen bij de invoering van het trekkingsrecht en bij twijfelachtige rechtmatigheid van terugvorderingen geldt:
- De SVB vordert geld terug bij evidente (administratieve) fouten bij de uitbetaling (bijv. dubbele uitbetaling, kruisen van spoed- en reguliere betaling of bruto/netto fouten).
- Gemeente of zorgkantoor kan terugvorderen bij vaststelling dat geleverde zorg niet voldoet aan de voorwaarden in de door hen vastgestelde zorgovereenkomst (bijv. de zorgverlener leverde andere zorg dan overeengekomen).
- In andere situaties wordt niet teruggevorderd als er ten tijde van betaling een ambtshalve budget of zorgovereenkomst bestond.
Bron: Rijksoverheid 4 sep 2015
