Van luie jongeren wil Erik-Jan Wesemann niets weten. De projectleider voor de
Rotterdamse aanpak van de jeugdwerkloosheid spreekt liever van een ‘mismatch tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt’. ” Anders gezegd, jongeren willen echt wel aan de slag gaan. Maar het ontbreekt ze vaak aan een aantal dingen. Of omdat ze domweg niet op de hoogte zijn wie ze in moeten schakelen voor advies en begeleiding bij het zoeken naar een passende job”.
“Projecten om jongeren tussen de 18 en 27 jaar naar een startkwalificatie of een baan te begeleiden lopen al jaren”, zegt Wesemann. Ook in de toekomst zal daar geld in moeten worden gestoken. Daarnaast wordt een deel van het budget van de Aanpak Jeugdwerkloosheid gebruikt voor innovatieve ideeen om de kloof tussen werkgevers en werklozen te gaan overbruggen. Hiervoor zijn talrijke toeslagenaanvragen binnengekomen.Een onafhankelijke equipe beoordeelt welke plannen een subsidie krijgen.
Wesemann: “TCC Hoogvliet, een educatiecentrum dat jongeren test op bepaalde competenties en op die manier koppelt aan een bedrijf, is hier een treffend voorbeeld van. Zijn de deelnemers gemotiveerd en weten ze van aanpakken, dan zullen ze via een korte cursus of workshop voorbereid worden voor een specifieke taak in de petrochemie: van flesmonteur tot vorkheftruckchauffeur. We willen jonge werklozen via korte praktijkgerichte trajecten perspectief geven. Daar gaan we de komende jaren hard ons best voor doen”.
Bron: Metro Rotterdam, woensdag 3 juni 2014